Model 2.12 - Begrotingsstaat inzake de agentschappen
Naam | Vastgestelde begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | ||||
---|---|---|---|---|---|---|
Totaal baten | Totaal lasten | Saldo baten en lasten | Totaal baten | Totaal lasten | Saldo baten en lasten | |
Baten-lastenagentschap 1 | ||||||
baten-lastenagentschap 2 | ||||||
baten-lastenagentschap 3 | ||||||
Totaal | ||||||
Naam | Vastgestelde begroting | Mutaties 1e suppletoire begroting | ||||
Totaal kapitaal-uitgaven | Totaal kapitaal-ontvangsten | Totaal kapitaal-uitgaven | Totaal kapitaal-ontvangsten | |||
Baten-lastenagentschap 1 | ||||||
baten-lastenagentschap 2 | ||||||
baten-lastenagentschap 3 | ||||||
Totaal |
TOELICHTING
In de kop wordt tussen de haken het nummer van de betrokken begroting in Romeinse cijfers ingevuld, conform de nummering in de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften (zie De inrichting van de rijksbegroting).
De termen «kapitaaluitgaven» en «-ontvangsten» worden als volgt gedefinieerd: kapitaaluitgaven: de som van investeringen, eenmalige uitkeringen aan moederdepartement en aflossingen op leningen; kapitaalontvangsten; de som van desinvesteringen, eenmalige storting door moederdepartement en beroep op de leenfaciliteit.
Deze definities bestaan uit verschillende posten die voorkomen in het kasstroomoverzicht (zie model 2.29).
Bijdragen van het moederdepartement om het agentschap te ondersteunen als gevolg van het maximeren van doorberekende tarieven vallen niet onder omzet, maar worden als bijzondere baten verwerkt.
Bijdragen van het moederdepartement om het agentschap te ondersteunen in de bedrijfsvoering vallen niet onder omzet, maar worden verwerkt als investeringskasstroom bij de moeder en als kapitaalontvangst bij het agentschap.