De inrichting van de Rijksbegroting

Artikelen 2.1, 2.9, 2.10 tot en met 2.12 van de Comptabiliteitswet 2016

Bepalingen

Thans zijn onderstaande begrotingen en fondsen ingesteld:

  • Begrotingen:

    I De Koning (Ministerie van Algemene Zaken);

    IIA Staten-Generaal (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties);

    IIB Overige Hoge Colleges van Staat, Kabinetten van de Gouverneurs en de Kiesraad (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties);

    III Algemene Zaken, Kabinet van de Koning en Commissie toezicht inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Ministerie van Algemene Zaken);

    IV Koninkrijksrelaties en Bes fonds (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties);

    V Buitenlandse Zaken (Ministerie van Buitenlandse Zaken);

    VI Justitie en Veiligheid (Ministerie van Veiligheid en Justitie);

    VII Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties);

    VIII Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap);

    IX Financiën en Nationale Schuld (Ministerie van Financiën);

    X Defensie (Ministerie van Defensie);

    XII Infrastructuur en Waterstaat (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat);

    XIII Economische Zaken (Ministerie van Economische Zaken);

    XIV Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur);

    XV Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid);

    XVI Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport);

    XVII Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (Ministerie van Buitenlandse Zaken);XX Asiel en Migratie (Ministerie van Asiel en Migratie);XXII Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening);XXIII Klimaat en Groene Groei (Ministerie van Klimaat en Groene Groei).

  • Begrotingsfondsen:

    • Mobiliteitsfonds (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) [letter A, nummer 55];

    • Gemeentefonds (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) [letter B, nr. 50];

    • Provinciefonds (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) [letter C, nr. 51];

    • Diergezondheidsfonds (Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) [letter F, nr. 58];

    • BES Fonds (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) [letter H, nr. 64];

    • Deltafonds (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) [letter J, nr. 65];

    • Defensiematerieelbegrotingsfonds (Ministerie van Defensie) [letter K, nr. 66];

    • Nationaal Groeifonds (Ministerie van Economische Zaken) [letter L, nr. 70];

    • Klimaatfonds (Ministerie van Klimaat en Groene Groei) [letter M, nr. 71].

TOELICHTING

Tussen haakjes staat welk departement de begroting beheert.

De tussen haken geplaatste nummers bij de begrotingsfondsen verwijzen naar de nummers die daaraan in het IBOS zijn toegekend. Deze nummers worden in de begrotings- en verantwoordingsstukken die naar de Staten-Generaal gaan niet gebruikt. In de contacten met de griffie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal worden de tussen haken geplaatste letters A tot en met M bij de begrotingsfondsen gehanteerd.

In het geval van oprichting van een nieuw begrotingshoofdstuk bepaalt DG Rijksbegroting (BBH + BBV) in samenspraak met het ministerie van AZ welk nummer en letter wordt toegekend.